Gardemontlikeur

In het kookboekje van Anna Vermeer, waaruit uw Archiefkok alweer anderhalve maand geleden de valsche kaviaar kookte, staat ook een aantal recepten voor likeuren. Om die te maken, hebben we gelukkig geen destilleerketel nodig. Dat is namelijk niet alleen heel veel werk, maar in Nederland ook niet toegestaan. Door zelf drank te stoken, boort u de Nederlandse overheid namelijk een hoop BTW door de neus.

Deze likeuren worden allemaal gemaakt door een mengsel van kruiden, specerijen, suiker en ander aromatisch spul te laten trekken in brandewijn waarover u in de winkel keurig belasting hebt betaald. Uw Archiefkok deed dat al eens eerder met ratafia, de likeur van kersen en frambozen die hier deze zomer al voor de derde maal in de vensterbank stond te trekken en die op natte herfstdagen alle tegenwind en regen doet vergeten.

De eerste likeur in Anna’s boekje is een likeur van gardemont. Ik had gehoopt even snel online te kunnen opzoeken wat dat was, waarna na een kort bezoekje aan de Haagse Markt (waar zo ongeveer alles te koop is wat een Archiefkok nodig kan hebben) de likeur meteen gemaakt kon worden. Dat viel tegen. De meest gebruikte zoekmachine van de wereld weigerde dienst en wilde mij alleen verwijzen naar een camping in de Vogezen die Gademont heet. Delpher, de normaal gesproken zo bereidwillige database vol gedigitaliseerde kranten en boeken van de Koninklijke Bibliotheek, kon mij alleen vertellen dat er in het Roelantslied (geschreven rond het jaar 1100) een paard met die naam wordt opgevoerd.

Even vrezend dat er niets anders op zat dan likeur te trekken van een dood strijdros, viel mijn oog op het laatste zoekresultaat: een krant genaamd de Preangerbode. Dit dagblad uit Nederlands Indië heeft bestaan van 1896 tot 1957 en in de editie van 27 augustus 1913 kwam het woord Gardemont voor. Het artikel in kwestie bleek een nogal hautain verslag van een Engelsch-Indische dame die de maaltijd heeft gebruikt bij een orthodoxe Hindoefamilie. Na afloop van die maaltijd werden stukjes betelnoot geserveerd met gardemont pitjes en dropjes om den mond een aangename smaak te geven.

Op dat moment begon het uw Archiefkok te dagen dat we hier wel eens te maken konden hebben met een verbastering van het woord kardemom, dat in de uitspraak bijzonder veel op gardemont lijkt en bovendien een frisse smaak heeft als erop gekauwd wordt. Het recept spreekt bovendien van zwarte pitjes, wat ook de kleur van de zaadjes in kardemompeulen is. Echt zeker van mijn zaak werd ik echter pas toen ik las over de Mallabaarse brieven van dominee Jacobus Canter Visscher die in de vroege achttiende eeuw naar Indië afreisde.

In de brieven die hij in 1724 vanuit Zuid-India naar zijn ouders in Harlingen schreef (en die al in 1743 voor het eerst werden uitgegeven) verhaalt hij onder andere over de eetgewoontes van de streek waar hij terecht gekomen is. Na het eten werd vaak betelnoot geserveerd waaraan allerlei specerijen werden toegevoegd. Eén van die specerijen was kardemom.

Kardemom, met zijn aromatische smaken van bergamot, citroen en kamfer, is afkomstig uit dat zuiden van India maar groeit nu op veel meer plekken in de wereld. Toch is het de op twee na duurste specerij ter wereld. Alleen voor saffraan en vanille moet u nog iets dieper in de buidel tasten. Gelukkig kunt u wel lang doen met een bakje kardemompeulen. De smaak is zo sterk dat een beetje meestal al meer dan genoeg is.

En die smaak wordt overal ter wereld gewaardeerd. In het Midden Oosten wordt kardemom toegevoegd aan koffie en thee en overal ter wereld door Starbucks aan hun populaire chai latte. In Zweden en Finland wordt de specerij toegevoegd aan zoet gebak en brood, zoals het kerstbrood Julekake en in de pasta voor een Thaise curry zal kardemom maar zelden ontbreken. Daarnaast wordt kardemom veelvuldig gebruikt in de productie van gin, vermouth én likeuren.

Toch zal slechts een enkeling van u die peulen in huis hebben en de kans is groot dat ze er dan al heel lang liggen. Ze roken zo lekker op dat schattige kruidenmarktje dat u tijdens de vakantie bezocht, maar u bakt nooit Julekake (misschien toch eens proberen?), curry haalt u altijd af en die vreselijk zoete chai latte kan u gestolen worden. Ik kan u echter verzekeren dat het recept van Anna Vermeer voor gardemontlikeur een uitstekende gelegenheid is om dat zakje af te stoffen. Bovendien is het nauwelijks werk.

Recept

gardemontlikeur

  • Fles gewone brandewijn (dus geen inmaakbrandewijn of brandewijn waar al een smaakje aan toegevoegd is)
  • Kardemompeulen: 20 gram
  • Citroenen: 3
  • Suiker: 250 gram
  • Een grote schone pot met afsluitbare deksel

Aan de slag

img_0223          img_0385

Dat de smaak van kardemom zo sterk is, had ik de eerste keer onderschat. Ik gebruikte de vijftig gram peulen die in het doosje zat en (omdat ik te lui was om ze te pellen) maalde ik de hele peul fijn in de vijzel. Twee verkeerde beslissingen. De likeur die ik kreeg was veel te sterk van smaak en moest aangelengd worden met suikerwater en brandewijn om er iets fatsoenlijks van te maken. Om dat te voorkomen, gaat u zo te werk:

Pel de kardemompeulen en doe de zaadjes in de pot. De peulen zelf mogen weg.

Was de citroenen en snij de schil er zo dun mogelijk af. Verwijder witte stukken. Doe de schillen ook in de pot.

Voeg de suiker en de fles brandewijn toe en zet twee weken weg op een donkere plek. De eerste dagen kunt u af en toe even schudden totdat alle suiker is opgelost.

Na die twee weken zeeft u de vloeistof door een nieuwe theedoek en giet deze in een schone fles. De likeur is heel lang houdbaar. Als u ervan af kunt blijven tenminste…

Aan tafel

flesje-gardemontlikeur

Kardemom schijnt de eetlust op te wekken, maar is ook bijzonder goed voor de spijsvertering. Gezien de frisse smaak laat deze likeur zich dan ook uitstekend serveren als een digestief. Let wel op: het alcoholgehalte van deze likeur ligt behoorlijk hoog. Normaal gesproken is dat twintig procent maar de brandewijn is hier alleen maar aangelengd met suiker. Als u wat meer in de buurt van die twintig procent wilt komen, kunt u bij het maken van de likeur alvast wat water toevoegen, eventueel met wat citroensap. Maar ik zou het niet doen. Anna’s recept smaakt namelijk geweldig en het enige jurylid van de avond nam zelfs een klein flesje mee naar huis. Stukken beter dan een kauwgompje na de maaltijd!

Links

Weblog over de Dokkumse dominee Jacobus Canter Visscher

Artikel uit de Preangerbode

Kardemom is verwant aan de gember (en meer wikiweetjes)

Ratafia

Waarschijnlijk woont u het hele jaar in het hetzelfde huis, een paar weken vakantie daargelaten. In de winter betrekt u geen grachtenpand in de grote stad om bij het aanbreken van de zomer al uw spullen weer in te pakken en te verkassen naar het landhuis waar uw familie al eeuwen zomert. Als u in de zomer uw comfortabele huis al verlaat, is dat voor iets dat u moet uitvouwen en waar u de wc met onbekenden moet delen.

Ja, de tijden zijn veranderd. Het hebben van een landgoed is tegenwoordig ook niet meer te betalen, tenzij u Van Oranje heet. Veel zijn er in de afgelopen eeuw verkocht aan bijvoorbeeld Natuurmonumenten of hotelketens. Wie er nog wel één heeft, brengt het onder in een stichting, stelt het park open voor zondagse wandelaars en maakt de grote zaal beschikbaar voor andervrouws droombruiloft.

Een huis dat, weliswaar onder bovenstaande constructie, nog wel steeds bewoond wordt door de familie die in het bouwde, is Huys ten Donck in Ridderkerk. Daar resideert nog altijd een verre nazaat van Otto Groeninx van Zoelen, burgemeester van Rotterdam. Deze Otto, de zoon van Cornelis Groeninx en Catharina van Zoelen, sloopt in 1746  het oude kasteeltje dat op het landgoed van zijn moeders familie staat en bouwt er een een zomerresidentie voor zijn familie.

Via Otto’s zoon Cornelis belandt het buitenhuis in 1791 in handen van kleinzoon Otto Paulus. Hij is getrouwd met Catharina van Staveren, de dochter van de heer van Herkingen en Roxenisse. Otto Paulus, die net als zijn vader, opa en overgrootvader carrière in de Rotterdamse politiek maakt, had geen beter huwelijk kunnen sluiten. De band met Catharina´s familie verstevigt zijn politieke positie en omdat Catharina enig kind is, erft zij haar vaders hele vermogen.

Maar in 1795 verandert alles. De politieke verhoudingen beginnen te verschuiven en de 28 jarige Otto Paulus verliest zijn functie als secretaris van de stad Rotterdam. Hij behoort, ondanks zijn jeugdige leeftijd, tot de oude garde die door de patriotten wordt verdreven. Ook in zijn eigen Ridderkerk wordt hem zijn politieke macht ontnomen. Het landgoed en de rest van zijn bezittingen mag hij houden.

Het tij lijkt te keren als Lodewijk Napoleon Koning van Holland wordt. Otto Paulus wordt benoemd tot maire van Ridderkerk. Maar wanneer de Franse troepen in 1810 heel Nederland in bezit nemen, keert Otto Paulus zich weer af van de politiek. Hij maakt met zijn gezin een lange rondreis door Europa. Pas als de Fransen definitief uit Nederland zijn verdreven, keert hij terug in de gemeenteraad.

Als dank voor zijn trouw aan het huis van Oranje wordt Otto Paulus in 1815 in de adel verheven. In 1832 krijgt hij de erfelijke titel baron.
Zijn band met de nieuwe Koning Willem I doet Otto Paulus besluiten Rotterdam te verruilen voor Den Haag. Hij wordt lid van de Tweede Kamer en woont vanaf 1825 op het Lange Voorhout. De zomers worden echter nog ieder jaar doorgebracht op Huis ten Donck. En met het fruit uit de tuin maakt Catharina ieder jaar Ratafia.

Recept

Recept Ratafia

Ratafia is een alcoholische drank die niet erg bekend is. Ze wordt gemaakt door alcohol, kruiden en suiker toe te voegen aan druivensap dat net begint te gisten. Maar ander fruit kan ook. Uw Archiefkok heeft recepten gevonden voor Ratafia van sinaasappel, van perzikpitten, van morellen en van kweeperen. Voor de versie van Catharina van Staveren heeft u kersen (het liefst krieken en morellen, maar gewone kersen kan ook) en frambozen nodig.

  • Brandewijn: 4 stoop (4,8l)
  • Witte wijn: fles (0,8 l)
  • (Regen)water: bierglas (0,6 l)
  • Verse kersen (ontpit): 8 pond (3840 gram)
  • Verse frambozen: 6 onbekende inhoudsmaat
  • Suiker: 4 pond (1920 gram)
  • Kaneelstokjes, acht kruidnagels en een kwart muskaatnoot
  • Afsluitbare kannen, kruiken of voorraadpotten

Over de brandewijn heb ik lang nagedacht. Omdat we echt drank maken, mag het geen inmaakbrandewijn zijn en er is weinig neutrale brandewijn te koop. Het meeste heeft al een smaakje. Bovendien wordt de meeste brandewijn tegenwoordig op chemische wijze geproduceerd. Uiteindelijk kwam ik via de Engelse vertaling van brandewijn, brandy, op cognac uit. Net als de originele brandewijn gemaakt van wijn en met een vergelijkbaar alcoholpercentage.

Aan de slag

Ingredienten Ratafia          IMAG1989

Catharina maakte aan het einde van de zomer een flinke voorraad Ratafia. Het bovenstaande is goed voor ruim zes liter drank. Nu lust uw Archiefkok graag een drankje, maar ik heb het toch iets bescheidener aangepakt en bovenstaande ingrediënten door drie gedeeld. Voor de onleesbare hoeveelheid frambozen heb ik ook pond ingevuld.

Omdat in dit recept geen werkwijze staat, alleen ingrediënten, ben ik even te rade gegaan bij een aantal andere gevonden recepten voor Ratafia. Daaruit blijkt al snel: er is geen werkwijze. Waar het op neer komt is dat u alle ingrediënten in een grote pot stopt, de deksel goed dicht doet en de pot zes weken op een zonnige plek in de woonkamer zet. In die zes weken lossen de suiker en de frambozen op en neemt de drank de smaak van het fruit en de kruiden aan. Zet de pot wel buiten bereik van kinderen en huisdieren, dit wilt u niet hoeven opdweilen.

Aan tafel

Ratafia

Wie dit drankje eind augustus maakt, van de laatste kersen, heeft het goed begrepen. Want diegene heeft, als de temperatuur begint te dalen en de avonden langer worden, de perfecte troost in de vensterbank staan. Een glaasje Ratafia en die natte sokken zijn meteen vergeten. Het smaakt naar zomer en herfst tegelijk. En de alcohol brandt prettig in de keel.

Ook een goed idee: serveren bij een feestje. Even in een mooie schaal doen (misschien heeft iemand die de jaren tachtig actief heeft meegemaakt nog een bowlschaal achter in de kast), grote lepel erin en iedereen kan zich zelf inschenken. Het fruit opeten kan ook, al vond de jury dat wel erg scherp van smaak.

Links

Archiefstuk waaruit dit recept afkomstig is

Het archief van Huis ten Donck bevindt zich bij het Stadsarchief Rotterdam. In de inleiding op het archief kunt alles lezen over de familie Groeninx van Zoelen.

Huys ten Donck in beeld

Wiki Ratafia